D.m.v. indirecte therapie (de logopedist legt de ouders uit hoe ze het kind tot spreken kunnen stimuleren) en directe logopedische behandeling (de wisselwerking tussen kind en logopedist staat centraal) het taalbegrip en het luistergedrag verbeteren; er wordt gewerkt aan de woordenschat, de zinsbouw en de uitspraak. In deze therapie wordt rekening gehouden met de totale ontwikkeling van het kind, de eventuele bijkomende problemen en de mogelijkheden in het gezin van het kind.